Al van veel mensen had ik gehoord van het boek “Taal is zeg maar echt mijn ding”. Vraag het mensen in mijn omgeving en je zult eerder horen dat dit niet mijn ding is, maar toch was ik erg benieuwd naar de inhoud van het boek. Ik betrap mijzelf regelmatig op spatiefouten, d/t-fouten, samengetrokken uitdrukkingen en nog meer niet geheel correct Nederlands taalgebruik. Gelukkig gaat het boek van Paulien Cornelisse hier niet over. Het gaat over trend in taal en welke invloed sommige woorden/zinnen hebben. Zo hebben we een tijd gehad waarin we doei tegen elkaar zeiden of nog niet zo lang geleden de trend met Goeiemoggel. Deze woorden waren binnen de kortste keren in geburgerd in de Nederlandse taal. Het meest geniale voorbeeld vind ik nog wel de Smurfen. Ik heb ze laatst weer op TV gezien en inderdaad zeggen ze voor de meeste werkwoorden het woordje “smurfen” in de plaats. Ik smurf, hij smurft, wij smurfen, zij hebben gesmurfd. Je zou denken dat taal daardoor onbegrijpelijk wordt, maar toch is een verhaal met alle werkwoorden vervangen door “smurfen” nog best goed te volgen.
“Ik smurf deze blog even in elkaar en ga daarna snel koffie smurfen om weer een beetje wakker te smurfen.” Volkomen duidelijk toch wat er bedoeld wordt?
Terugkomend op het boek: ondanks dat het niet echt een verhaallijn heeft en het geen diepgaande literatuur is, leest het boek heerlijk weg. Het ideale boek voor in de trein of om even een kwartiertje tijd mee te doden.
Laat een reactie achter